Op 22 september 2025 werd het KB van 12 september 2025 tot uitvoering van artikel 7, §1 van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen gepubliceerd. In dit KB wordt de maximale loonkostmarge voor de periode 2025-2026 op 0% vastgesteld. De publicatie van dit KB maakt de loonnorm nu juridisch bindend. De marge van 0% komt evenwel niet als een verrassing.
De wet van 26 juli 1996 (bedoeld om de concurrentiekracht van Belgische ondernemingen te waarborgen) bepaalt onder andere dat minstens om de twee jaar de maximale marge voor de loonkostontwikkeling voor de navolgende twee jaren moet worden vastgelegd in een interprofessioneel akkoord.
Die marge wordt bepaald op basis van een rapport van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven (CRB) over de loonkosthandicap van België ten opzichte van de buurlanden. De evolutie van de loonkost (die binnen de beschikbare marge moet blijven) behelst de nominale stijging van de gemiddelde loonkost per werknemer binnen het bedrijf, uitgedrukt in voltijdse equivalenten. Het begrip loonkost is zeer ruim gedefinieerd: het omvat het loon en voordelen in geld en/of in natura, alsook de patronale sociale bijdragen. Om na te gaan of de beschikbare loonkostmarge wordt overschreden, wordt de gemiddelde loonkost per werknemer in de periode 2025-2026 vergeleken met die in 2023-2024.
In principe wordt de marge vastgelegd in een collectieve arbeidsovereenkomst van de Nationale Arbeidsraad, waarna deze door de Koning algemeen verbindend verklaard wordt. Echter, indien de sociale partners geen consensus bereiken, roept de regering de sociale gesprekspartners voor overleg bijeen en doet zij een bemiddelingsvoorstel. Indien ook de poging tot bemiddeling geen soelaas biedt en een akkoord tussen de sociale partners dus uitblijft, kan de regering de maximale marge bij koninklijk besluit vaststellen.
Net zoals het geval was voor de periode 2023-2024, kon er geen interprofessioneel akkoord worden bereikt en was de bemiddeling evenmin succesvol. Daarom heeft de regering de loonmarge vastgelegd bij koninklijk besluit van 12 september 2025: de maximale marge voor de loonkostenontwikkeling voor de periode 2025-2026 werd vastgelegd op 0%.
Dit is geen verrassing. Volgens het technisch rapport van de CRB van 19 februari 2025 was dit de maximale marge die door de CRB als mogelijk werd beschouwd om de concurrentiekracht van de Belgische ondernemingen te behouden.
Een marge van 0% betekent niet dat de lonen volledig bevroren worden. Alleen loonkoststijgingen die voortvloeien uit overeenkomsten vallen onder het verbod om de maximale beschikbare marge te overschrijden. Concreet heeft de marge van 0% tot gevolg dat collectieve of individuele loonsverhogingen enkel mogelijk zijn voor zover de gemiddelde loonkost in de onderneming voor de referentieperiode 2025-2026 niet stijgt in vergelijking met de referentieperiode 2023-2024.
Indexeringen en baremaverhogingen (stijgingen gekoppeld aan anciënniteit vastgelegd in cao’s) blijven wel altijd gegarandeerd. Ook de winstpremie, cao90-bonus en de koopkrachtpremie vallen buiten de scope van de loonnorm.
Er zijn sancties voorzien in geval van overschrijding van de beschikbare marge.
Aandachtspunt
Let erop dat de gemiddelde loonkost in uw onderneming voor de referentieperiode 2025-2026 niet hoger ligt dan die van de vorige referentieperiode (2023-2024). Eén of meerdere werknemers kunnen een loonsverhoging krijgen, zolang de gemiddelde loonkost binnen de onderneming degene van het vorige referentiejaar niet overschrijdt.
Loonstijgingen die voortvloeien uit verplichte indexeringen en bestaande baremaverhogingen blijven mogelijk en gegarandeerd.
